Leeuwarden – Het plaatsen van windmolens op en langs de Afsluitdijk lijkt geen optie voor het kabinet. Minister Henk Kamp (Economische Zaken) neemt pas over enkele maanden een definitief besluit, maar liet gisteravond in de Tweede Kamer meermalen doorschemeren dat de provincie Fryslân te laat is met het alternatief voor een windpark op en langs de Afsluitdijk. Hij werkt de komende maanden verder aan de totstandkoming van de IJsselmeervariant.
Bij het debat over het Energieakkoord liet de minister zich kritisch uit over de besluitvorming in Fryslân over de windenergie. De VVD’er wees erop dat hij al twee jaar bezig is met het windpark in het IJsselmeer en dat die locatie destijds in overleg met de provincie Fryslân is bepaald. Kamp was daarom weinig enthousiast over de recente vraag van de provincie en de gemeente Súdwest-Fryslân om alsnog de haalbaarheid van windmolens op de Afsluitdijk te onderzoeken. ,,Als je dat gaat doen, kan je weer helemaal opnieuw beginnen.”
Weerstand
Het doorlopen van alle procedures voor de aanwijzing van een windpark bij de Afsluitdijk duurt volgens de minister weer minimaal 2,5 jaar. Hij zei verder dat de uitkomst van die procedure onzeker is omdat ook een windpark op de Afsluitdijk mogelijk op veel weerstand stuit. Die weerstand ontstaat vaak, zo zei Kamp, naarmate de plannen concreter worden. Meermalen zei hij dat het niet de bedoeling is dat als er eerst locatiekeuzes worden gemaakt en er vervolgens een zorgvuldige procedure wordt doorlopen, die keuze weer wordt teruggetrokken als er geen draagvlak blijkt te zijn.
Kamp haalde verder de afspraak aan dat iedere provincie op 1 januari jongstleden een zogenoemde structuurvisie zou hebben vastgesteld. In die structuurvisies worden locaties benoemd waar uiterlijk in 2020 windparken moeten komen om de provinciale doelstellingen voor windenergie te behalen. ,,Dat is door elf van de twaalf provincies gedaan, maar niet door Fryslân”, aldus de minister.
Rijkstaak
De totstandkoming van een groot windpark in het IJsselmeer of op de Afsluitdijk is de verantwoordelijkheid van het Rijk, omdat deze groter wordt dan honderd megawatt. In zo’n geval geldt de Rijkscoördinatieregeling. Het kabinet kan op basis van die regeling, vanwege het nationale belang, zowel gemeenten als provincies passeren. Kleinere windparken en solitaire windmolens vallen wel onder de bevoegdheid van lagere overheden.
Vorig jaar gaf Kamp al wel aan dat het plaatsen van windmolens op de Afsluitdijk onderdeel kan zijn van de verhoogde duurzaamheidsdoelstelling voor 2023. Agnes Mulder (CDA) wees hem er gisteravond op dat er al vaker over windturbines op de Afsluitdijk is gesproken. De procedure kan daarom mogelijk worden versneld, zo zei Mulder. Volgens Kamp is een verkorting niet mogelijk bij deze ingewikkelde procedure.
Mulder diende een motie in met het verzoek om windmolens op de Afsluitdijk mogelijk te maken. PvdA’er Jan Vos kwam met een minder vergaande motie tot een onderzoek naar het alternatief op de Afsluitdijk. Over de moties van beide Kamerleden wordt later gestemd.